Je buur heeft vlakbij bij de perceelsgrens met jouw grond enkele bomen staan. In de zomer nemen deze een deel van het zonlicht in jouw tuin weg en in de herfst heb je last van de afvallende bladeren. Moet je dat dan zo maar aanvaarden? Welke stappen kan je eventueel ondernemen?
Wettelijke regeling
Het boek III goederen van het nieuwe Burgerlijk Wetboek trad in werking op 1 september 2021. In die wet wordt aangegeven op welke afstand bomen en planten van de scheidingslijn moeten staan. Meer bepaald moet de afstand tot de scheiding minstens twee meter bedragen voor bomen die minstens twee meter hoog zijn, en dit te rekenen vanaf het midden van de voet van de boom. Andere bomen, struiken en hagen moeten minstens op een halve meter van de scheiding staan.
Burenhinder
Staat de boom wel op de juiste afstand maar veroorzaakt die een overdreven hinder voor je dan beschik je nog over een andere piste om actie tegen je buur te ondernemen. Je kan je dan eventueel beroepen op de zogenaamde bovenmatige burenhinder om een oplossing te bekomen voor je probleem.
Wat vragen?
Staat de boom te dicht bij de scheiding en raak je er onderling met je buur niet uit, dan kan je veelal de rooiing van de boom vragen. Weet wel dat als de boom er al minstens 30 jaar staat of als een rechter bv. van oordeel zou zijn dat je vraag tot rooiing ‘overdreven’ is en rechtsmisbruik vormt (omdat de boom bv. slechts een klein beetje ‘verkeerd staat’ en geen enkele hinder veroorzaakt) je vraag zou kunnen worden afgewezen.