Jan Roodhooft

money, coins, a heart-1034447.jpg

Moet je winkelier cashbetalingen aanvaarden?

Je wil cash betalen in een winkel of restaurant. Mag de winkelier of restaurantuitbater je dat weigeren? Met welke spelregels moet je rekening houden? De regel Een winkelier of horeca-uitbater moet je in principe wel degelijk toelaten om cash te betalen in zijn zaak. Het moet dan wel gaan om een betaling in euro. Betalingen in andere munteenheden moet de winkelier of restauranthouder niet aanvaarden.  Waar je dus cash moet kunnen betalen, moet men je ook minstens één mogelijkheid bieden om elektronisch te betalen. Weet dat er wel grenzen zijn aan cashbetalingen. Een winkelier mag namelijk maar cash aanvaarden tot een bedrag van 3000 euro. Uitzonderingen Een winkelier of horeca-uitbater mag wel om veiligheidsredenen tijdelijk het gebruik van cash voor de betaling weigeren.  Denk daarbij bv. maar aan het geval dat er in de buurt recent enkele diefstallen of overvallen in winkels hebben plaatsgevonden. Deze weigering moet tijdelijk zijn en stoppen zodra het veiligheidsrisico verdwijnt. Als de winkelier tijdelijk geen cash aanvaardt om veiligheidsredenen moet hij dat ook aankondigen op een duidelijke, begrijpelijke en goed zichtbare wijze en dit zowel aan de ingang van de zaak als aan de kassa. De winkelier moet ook niet zomaar overdreven grote bankbiljetten aanvaarden als de nominale waarde van het aangeboden biljet niet in verhouding staat tot het door jou verschuldigde bedrag.

Moet je winkelier cashbetalingen aanvaarden? Meer lezen »

broken glass, glass, broken-286098.jpg

Nieuw buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht vandaag in het Staatsblad

Vandaag werd het nieuwe boek 6 van het Burgerlijk Wetboek in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd.  Het treedt in werking op 1 januari eerstkomende. Met welke wijzigingen moet je vanaf dan zoal rekening houden? Strengere aansprakelijkheid voor ouders Voor minderjarige kinderen van minder dan 16 jaar oud zijn ouders sowieso aansprakelijk als het kind door zijn fout schade aan iemand veroorzaakt.  Is het kind 16 jaar of ouder dan kan je als ouder aan deze aansprakelijkheid ontsnappen als je kan aantonen dat de schade niet te wijten is aan jouw fout. Beneden de 16 jaar kan dat niet. De aansprakelijkheid voor zaken en dieren wordt ‘verduidelijkt’ De nieuwe wet bevestigt dat de bewaarder van een zaak foutloos aansprakelijk is voor de schade veroorzaakt door een gebrek van die zaak. Een zaak is daarbij gebrekkig wanneer zij door een van haar kenmerken niet de veiligheid biedt die men gerechtigd is te verwachten in de gegeven omstandigheden.  Verder zegt de wet dat de eigenaar wordt vermoed bewaarder van de zaak te zijn, tenzij hij bewijst dat de bewaring bij een ander berust.  De nieuwe wet geeft verder ook aan dat de bewaarder van een dier foutloos aansprakelijk is voor de schade veroorzaakt door dit dier.  De eigenaar wordt vermoed bewaarder van het dier te zijn, tenzij hij bewijst dat de bewaring bij een ander berust. Als er meerdere personen aansprakelijk zijn? De wet verduidelijkt ook wat er gebeurt als er meerdere personen tegelijk aansprakelijk zijn voor een bepaalde schade.  In dat geval zijn deze personen namelijk wat men noemt in solidum aansprakelijk voor deze schade. Wie een andere persoon aanzet om een fout te begaan of hem met dit doel helpt, is al eveneens met deze persoon in solidum aansprakelijk voor de door deze fout veroorzaakte schade. Preventieve maatregelen Binnenkort kan de rechtbank bij een dreigende schade ook preventieve maatregelen bevelen om te vermijden dat de schade zou ontstaan. Meer bepaald zegt de wet dat bij vaststaande of ernstig dreigende schending van een wettelijke regel die een bepaald gedrag voorschrijft, de rechter, op vordering van een partij die aantoont hierdoor een aantasting van een van zijn zaken of van zijn fysieke integriteit te zullen lijden, een bevel of verbod kan opleggen dat erop gericht is deze wettelijke bepaling te doen naleven.

Nieuw buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht vandaag in het Staatsblad Meer lezen »

savings, budget, investment-2789153.jpg

Waarom je binnenkort (soms) niet meer zelf moet inroepen dat een factuur verjaard is

Als een factuur of vordering verjaard is moet je dat tot nu toe zelf inroepen. Doe je dat niet, dan riskeer je alsnog aan de schuldeiser te moeten betalen. Wat verandert er binnenkort op dat vlak? Even schetsen In een eerdere blog gaven we al aan wanneer facturen en vorderingen precies verjaren. Als je die verjaring niet inroept en de factuur toch betaalt kan je later (als je er achter komt dat je eigenlijk owv de verjaring niet moest betalen) het betaalde bedrag niet terugvorderen.  De wet verbiedt een schuldeiser ook niet om je bv. een ingebrekestelling te sturen voor een verjaarde factuur of zelfs een procedure op te starten. Tot op heden is het zo dat als je dan de verjaring niet zelf inroept je zelfs riskeert veroordeeld te worden. De rechter mag tot op heden de verjaring niet zelf inroepen. Nieuwe wet Een nieuwe wet verandert dat. Binnenkort zal de rechtbank namelijk zelf de verjaring mogen inroepen (ook al roep je die als schuldenaar niet in).  Voorwaarde is wel dat jij een consument bent en diegene die tegen jou procedeert een onderneming. De procedure moet ook betrekking hebben op de betaling van een geldschuld. Niet altijd van toepassing De nieuwe wet is dus niet van toepassing als je als consument een vordering hebt op een andere consument of als er bijvoorbeeld sprake is van een procedure tussen twee ondernemingen.  In dat geval blijft de bestaande regeling gelden en zal de rechtbank de verjaring enkel kunnen vaststellen als de schuldenaar die inroept.

Waarom je binnenkort (soms) niet meer zelf moet inroepen dat een factuur verjaard is Meer lezen »

girl, childhood, garden-1863906.jpg

Nieuwe regels over het horen van kinderen in familiezaken

In heel wat familiezaken staat de verblijfsregeling van minderjarige kinderen ter discussie.  Moeten of kunnen die kinderen in zo’n geval ook zelf gehoord worden? Wat zegt een nieuwe wet die sinds een tweetal maanden geldt daarover? Elke minderjarige heeft het recht om gehoord te worden door een rechter in aangelegenheden die hem aanbelangen met uitzondering van vorderingen met betrekking tot de onderhoudsverplichtingen en de louter financiële of vermogensrechtelijke vorderingen die het vermogen van de minderjarige niet rechtstreeks aanbelangen Ouder dan 12 jaar Is een kind 12 jaar of ouder dan zal de rechter het kind inlichten over diens mogelijkheid om gehoord te worden.  Bij die informatie wordt een antwoordformulier gevoegd waarop het kind kan aanduiden of het al dan niet gehoord wil worden. Geeft het kind aan dat het niet wil gehoord worden dan zal dat ook niet gebeuren. Jonger dan 12 jaar Is het kind jonger dan 12 jaar dan kan het gehoord worden op zijn verzoek, op verzoek van de partijen, van het openbaar ministerie of van de rechter. Is er een dergelijk verzoek dan is de rechter niet verplicht het kind te horen, tenzij het verzoek uitgaat van het kind zelf of van het openbaar ministerie. De wettelijke vertegenwoordigers van de minderjarige die jonger is dan twaalf jaar worden door de rechter geïnformeerd over het feit dat de minderjarige een verzoek kan richten tot de rechter om te worden gehoord. Iemand meenemen Als een minderjarige wordt gehoord, dan heeft die het recht om tijdens het horen te worden bijgestaan door een meerderjarige vertrouwenspersoon van zijn of haar keuze. De vertrouwenspersoon mag noch een partij in het geding, noch een bloedverwant tot in de tweede graad van een partij in het geding zijn, met uitzondering van de broers en zussen van de minderjarige wier afstamming ten aanzien van dezelfde ouders is vastgesteld.

Nieuwe regels over het horen van kinderen in familiezaken Meer lezen »

judge, court, gavel-7246859.jpg

Met welke kosten moet je rekening houden als je wil procederen tegen je aannemer?

Als je een discussie hebt met je aannemer over diens factuur en/of over de werken die deze uitvoerde eindigt de zaak misschien wel voor de rechtbank. Met welke kosten moet je dan rekening houden? Eigen advocaat Vooreerst moet je rekening houden met de kosten van je advocaat. Die rekent vaak aan een uurtarief. Dat bedraagt bij vele advocaten tussen de 125 en de 175 euro per uur excl btw hoewel er ook goedkopere en duurdere advocaten bestaan.  Je advocaat zal je daarnaast ook bepaalde kosten aanrekenen (bv. voor de aanmaak van het dossier, voor briefwisseling, kopies enz.). Als je de zaak wint kan je eventueel een zogenaamde (forfaitaire) rechtsplegingsvergoeding krijgen van de verliezende partij. Je echte advocatenkosten kan je integendeel niet doorrekenen aan de verliezer.  Verlies je de zaak dan moet je vaak op jouw beurt een rechtsplegingsvergoeding betalen aan de winnaar. Dagvaardingskosten Als je een procedure start zal je de kosten van de dagvaarding (door een gerechtsdeurwaarder) moeten betalen. Die bedragen veelal enkele honderden euro’s. Als je de zaak wint zal de rechtbank de verliezer vaak veroordelen om deze kosten aan jou terug te betalen. De rechtbank zal tevens beslissen wie het rolrecht betaalt (dat bedraagt bv. 165 euro in een procedure voor de rechtbank van eerste aanleg). Kosten van een gerechtsdeskundige In bouwgeschillen waar een discussie rijst over het al dan niet aanwezig zijn van gebreken wordt vaak een deskundige aangesteld om zijn standpunt te geven over de werken. De kosten van een dergelijke deskundige kunnen hoog oplopen. Weet wel dat er soms kan worden gewerkt met een zogenaamde mini-expertise. Als je als bouwheer inroept dat er gebreken zijn dan zal je vaak de kosten van de deskundige moeten voorschieten. Als je de zaak wint kan de rechtbank de aannemer verplichten om je de kosten in kwestie terug te betalen. Doe je een beroep op een eigen deskundige dan zijn ook die kosten te jouwen laste.

Met welke kosten moet je rekening houden als je wil procederen tegen je aannemer? Meer lezen »

hand, writing, pen-325321.jpg

Kan je een eigenhandig testament in vraag stellen?

Bij het overlijden van een familielid van wie je normaal zou erven duikt er een eigenhandig testament op waardoor je erfrechten beperkt worden. Kan je dat testament dan in vraag stellen? Met welke regels moet je rekening houden? Geldigheidsvoorwaarden Een eigenhandig testament moet om geldig te zijn voldoen aan meerdere voorwaarden. Vooreerst moet het door diegene die het testament maakt zelf geschreven zijn met de hand. Het testament mag dus niet door iemand anders worden geschreven (zelfs niet gedeeltelijk) of met een tekstverwerker (of typmachine) worden opgemaakt. Een testament moet ook ‘apart’ opgemaakt worden. Twee partners of echtgenoten mogen hun testament dan ook niet maken op één en hetzelfde document. Op het testament moet verder de naam van de erflater worden vermeld. Ook moet het testament gedateerd worden (dag, maand en jaar). Dit is namelijk nodig voor het geval er later meerdere testamenten zouden opduiken. Indien dat gebeurt moet men namelijk weten welk testament het eerste was. Tenslotte is de handtekening van de overledene noodzakelijk. Er bestaat wel rechtspraak die zegt dat het volstaat dat de naam en het adres onder het testament staat (zonder dat er sprake is van een echte handtekening). Wilsgebrek Mogelijks kan je het testament ook in vraag stellen als de overledene onvoldoende wilsbekwaam was op het moment van de opmaak van het testament of als je kan aantonen dat de overledene in diens testament bepaalde zaken opnam die hij eigenlijk niet wilde maar die in het testament kwamen door captatie of suggestie. Reserve Zelfs als het testament op zich wel geldig is, heeft dat niet noodzakelijk volledig uitwerking.  Het kan bijvoorbeeld zijn dat je reservataire rechten hebt en dat het testament daar een inbreuk op maakt. Ook de onzorgvuldige formulering van een testament kan er toe leiden dat dit maar deels of zelfs geen uitwerking kan hebben. Vraag advies Komt er een testament boven waarvan je twijfelt of het wel geldig is, dan kan een advocaat je daaromtrent adviseren.  Je kan de geldigheid dan eventueel voor de rechtbank (of in het kader van een procedure vereffening-verdeling bij de notaris) in vraag stellen.  Ook hiervoor doe je best een beroep op de diensten van een advocaat.

Kan je een eigenhandig testament in vraag stellen? Meer lezen »

give, key, receive-5242150.jpg

Dit kan je doen als je huurder niet vertrekt tegen het einde van de huur

Het gebeurt wel eens dat een huurder niet vertrekt op het moment dat de huurovereenkomst een einde neemt. Welke stappen kan je dan ondernemen? En wat kan je doen als hij wel vertrekt maar zijn domicilie niet wijzigt? Naar de vrederechter Als je huurder het huurpand niet spontaan verlaat tegen het einde van de opzeggingstermijn, dan kan je het recht niet zomaar in eigen handen nemen en hem ‘buiten zetten’.  Je mag ook geen andere sloten steken zodat de huurder niet meer in het pand binnen kan. Je moet integendeel naar de vrederechter stappen om daar een vonnis te vragen waarin de huurder wordt verplicht het pand te verlaten.  Je hoeft overigens niet noodzakelijk te wachten tot het einde van de opzegtermijn om een procedure bij de vrederechter aanhangig te maken. Je kan dat in principe al doen van zodra de opzeg werd gegeven.  Je zal dan wel moeten aantonen dat je terechte twijfels hebt dat de huurder tegen het einde van de huur het pand niet zal verlaten. Bezettingsvergoeding Blijft de huurder in het pand zitten bij het einde van de huur dan kan je van hem geen ‘huur’ meer vragen. De huurovereenkomst heeft nu eenmaal een einde genomen.  Je kan wel een zogenaamde bezettingsvergoeding vragen voor de tijd dat de huurder nog langer in het pand blijft zitten. Lijdt je los van de bezettingsvergoeding bijkomende schade doordat de huurder niet tijdig uit het pand vertrekt dan kan je die in beginsel eveneens op de huurder verhalen.  Domicilie Vertrekt de huurder wel uit het pand maar behoudt die daar zijn domicilie, dan hoeft je niet naar de rechtbank te stappen.  Je kan in dat geval naar de gemeente of stad waar het pand is gelegen stappen en daar een procedure starten om de huurder ambtelijk te laten schrappen. 

Dit kan je doen als je huurder niet vertrekt tegen het einde van de huur Meer lezen »

broken glass, glass, broken-286098.jpg

Daarom ben je binnenkort sneller aansprakelijk voor schade die je kinderen veroorzaken

Als je minderjarig kind schade veroorzaakt dan draai je daar als ouder (soms) voor op.  Het nieuwe boek onrechtmatige daad zorgt er voor dat je voor dergelijke schade binnenkort sneller aansprakelijk bent. Wat moet je daarvan weten? Hoe zit het nu? Als je minderjarig kind iets uitspookt en daardoor schade veroorzaakt dan word je op dit moment als ouder vermoed daarvoor aansprakelijk te zijn. Je kan dat vermoeden weerleggen door een dubbel tegenbewijs te leveren. Daarbij moet je aantonen geen fout te hebben begaan in de opvoeding van het minderjarig kind en al evenmin een fout te hebben gemaakt in het toezicht over het minderjarig kind. Je dient dus, om niet aansprakelijk te zijn, beide zaken aan te tonen. Nieuwe regeling Om de aansprakelijkheid van ouders te beoordelen wordt binnenkort een onderscheid gemaakt naargelang het minderjarige kind al dan niet reeds 16 jaar oud is.  Voor minderjarige kinderen van minder dan 16 jaar oud zijn ouders sowieso aansprakelijk als het kind door zijn fout schade aan iemand veroorzaakt.  Is je  kind 16 jaar of ouder dan kan je als ouder wel aan deze aansprakelijkheid ontsnappen als je kan aantonen dat de schade niet te wijten is aan een fout van jouw kant. Beneden de 16 jaar kan dat niet. En de minderjarige zelf? Ook de minderjarige zelf kan soms aansprakelijk zijn voor de schade die deze door zijn fout veroorzaakt. De nieuwe wet zegt daarbij dat een minderjarige van minder dan twaalf jaar niet aansprakelijk is voor schade veroorzaakt door zijn fout of door een ander tot aansprakelijkheid leidend feit.   Een minderjarige van twaalf jaar of meer is in de regel dan weer wel aansprakelijk . De rechter kan echter oordelen dat de minderjarige geen schadeloosstelling verschuldigd is of de door hem verschuldigde schadeloosstelling beperken. Hij doet uitspraak naar billijkheid, rekening houdend met de omstandigheden en met de economische en financiële toestand van de partijen. Wanneer de aansprakelijkheid van de minderjarige gedekt is door een verzekeringsovereenkomst, kan de rechter niet oordelen dat geen schadeloosstelling verschuldigd is, noch deze beperken tot een bedrag dat lager is dan dat waarvoor deze verzekeringsovereenkomst dekking verleent.

Daarom ben je binnenkort sneller aansprakelijk voor schade die je kinderen veroorzaken Meer lezen »

financial, analysis, accounting-5050415.jpg

Wanneer moet je een factuur niet meer betalen omdat ze verjaard is?

Je kreeg jaren geleden een factuur in de bus die je vergat te betalen.  Plots duikt het bedrijf dat je de factuur stuurde opnieuw op en vraagt men dat je alsnog betaalt. Kan je in dat geval zeggen dat er sprake is van verjaring?  Kan je als je een verjaarde factuur betaalt het bedrag daarvan ook terugvorderen? De meest voorkomende termijnen De meeste facturen van bv. aannemers of leveranciers van goederen verjaren pas na tien jaar. Zakelijke vorderingen die je hebt (denk maar aan eigendomsrechten op een gebouw) verjaren dan weer na dertig jaar. Als je een schadevergoeding van iemand wil vorderen omdat die een onrechtmatige daad beging, verjaart de vordering in de regel na vijf jaar vanaf de dag volgend op die waarop de benadeelde kennis heeft gekregen van de schade of van de verzwaring ervan en van de identiteit van de daarvoor aansprakelijke persoon. Andere termijnen Er bestaan op deze regel wel een aantal uitzonderingen. Zo verjaren facturen van een advocaat bv. al na 5 jaar na het beëindigen van hun taak.  Rekeningen van hotels en restaurants verjaren na zes maand. Schuldvorderingen wegens levering van goederen en diensten via distributienetten voor water, gas of elektriciteit of de levering van elektronische communicatiediensten of omroeptransmissie- en omroepdiensten via elektronische communicatienetwerken verjaren dan weer na verloop van vijf jaar. De termijn kan gestuit worden Verjaringstermijnen kunnen ook gestuit worden waardoor een nieuwe/bijkomende verjaringstermijn begint te lopen. Zo kan een aangetekende brief van een advocaat of deurwaarder onder bepaalde voorwaarden de verjaring stuiten. Terugvorderen? Betaal je een verjaarde schuld en stel je nadien vast dat je eigenlijk onterecht betaalde, dan kan  je het betaalde bedrag nadien niet meer terugvorderen.

Wanneer moet je een factuur niet meer betalen omdat ze verjaard is? Meer lezen »

fantasy, to travel, travel-3502188.jpg

Met deze regels moet je rekening houden als je je vakantiedagen wil plannen

Je bent werknemer in een bedrijf en zou stilaan je vakantiedagen voor dit jaar willen gaan inplannen. Kan je die zomaar eenzijdig vastleggen? Met welke wettelijke spelregels moet je rekening houden? Onderling akkoord Als werknemer kan je niet zomaar eenzijdig beslissen op welke dagen je vakantie wil opnemen.  Ook je werkgever kan je (enkele uitzonderingen niet te na gesproken) niet verplichten om je vakantie op door hem bepaalde dagen op te nemen.  Je vakantiedagen moeten integendeel worden vastgelegd in onderling akkoord met je werkgever. Bereik je  geen akkoord over de vakantiedagen, dan kan je strikt gezien de zaak in kortgeding voorleggen aan de arbeidsrechtbank. Collectieve sluiting Op die regel bestaat in sommige sectoren en bedrijven een uitzondering.  Het kan nu eenmaal zijn dat er een collectieve sluiting is van het bedrijf en je je vakantiedagen moet opnemen in de weken dat het bedrijf gesloten is. Denk daarbij bijvoorbeeld maar aan het geval dat je bent tewerkgesteld in de bouwsector. Wettelijke regels Je moet als werknemer van je werkgever het recht krijgen om een periode van twee weken ononderbroken vakantie te nemen in de periode van 1 mei tot 31 oktober. Ben je jonger dan 18 jaar dan gaat het zelfs om drie opeenvolgende weken. Werknemers die schoolplichtige kinderen hebben, hebben bovendien voorrang om vakantie te nemen in de periode van de schoolvakanties. De wet geeft ook nog aan dat je minstens 1 volledige vakantieweek moet opnemen.

Met deze regels moet je rekening houden als je je vakantiedagen wil plannen Meer lezen »